The Project Gutenberg EBook of Eens Engelschman's eerste indrukken van
New-York, by Stuart Martin

This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and with
almost no restrictions whatsoever.  You may copy it, give it away or
re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included
with this eBook or online at www.gutenberg.org


Title: Eens Engelschman's eerste indrukken van New-York
       De Aarde en haar Volken, 1917

Author: Stuart Martin

Release Date: June 30, 2007 [EBook #21974]

Language: Dutch

Character set encoding: ISO-8859-1

*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK EERSTE INDRUKKEN VAN NEW-YORK ***




Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
Proofreading Team at http://www.pgdp.net/






[353]

Eens Engelschman’s eerste indrukken van New-York.

You will see some city”, zei mij de Amerikaan, die mij verteld had van New-York, aan ’t slot van zijn beschouwingen, na het diner, in den salon van de boot die ons naar Amerika bracht. En “You will see some city”, herhaalde de jonge studente, die Europa was “rondgereisd” en van dat uitstapje weer huiswaarts keerde. En terwijl ze die woorden uitten, klopte New-York’s boodschapper en afgezant reeds aan onze deur. Hij kwam, die boodschapper, in den vorm van den loods, aangeroeid van de kleine witte stoomboot, die ons zoo eigenwijs te gemoet huppelde aan den ingang van Ambrose Channel. Wat deed het ertoe, of zijn roeiers het hun toegeworpen touw lieten glippen? ’t Bood ons de gelegenheid, het kleine notendopje te zien dansen op de golven, tot de geweldige schroeven hun beweging staakten, en stevige armen onzen gids naderbrachten tot het doel. Hij schoot langs de ladder omhoog als een zwart aapje, en boog voor ’t verzamelde gezelschap aan de reeling. “I guess you’re late”, zei hij, “but we’re glad to see you”. Eerbiedig lieten we hem passeeren. Hier hadden we nu Oom Sam’s eigen afgezant, de man die ons begroette in naam van Amerika. ’t Was een spannend moment. Het Oosten had het Westen gevonden.

Manhattan Bridge te New-York.

Manhattan Bridge te New-York.

Geen half uur later verschenen andere afgezanten. Een half dozijn kleine sleepbootjes kwamen van alle kanten aanschieten, en hechtten zich als vliegen langs de zijden van ons hoog ijzeren gevaarte. Ze deden mij denken aan een groep vroolijke kinderen, die een volwassen gast bij zijn aankomst omringen, en hem bij de hand binnenleiden in den sprookjestuin, geschapen door hun eigen frissche, ongerepte verbeelding. Ik ging gaarne mede, nederig, haast een weinig bevreesd.

Van uit zee New-York te naderen is het naderen van een sprookjes-stad, welker blinkende torens en tinnen hoog de lucht inboren, flikkerend in de zon, als de betooverde steden uit onze kinder-prentenboeken. En wanneer de boot de haven is binnengegleden en stil ligt aan een beschut hoekje van de kade, dan begrijpen we dat zij, die New-York gebrek aan schoonheid en bekoring verweten, der stad grievend onrecht hebben gedaan. Ik betwijfel, of wel ééne stad ter wereld den vreemdeling dieper en sterker treft bij haar eersten aanblik, dan die wonderbare ontzaglijke belichaming van het doelmatige, die daar zoo snel is verrezen op het eiland Manhattan.

Haar hooge torens staan te stralen, warm in de gloeiende zon, als de minaretten eener oostersche citadel; haar vreemde geluiden gonzen in uw ooren; haar eigenaardig silhouet verandert zienderoog van een vage mengeling van glinsterende, hooge huizenbrokken in een geregelde, imposante rij van winkel- en kantoorgebouwen, welker architecten iets beters voortbrachten dan ze zelf hadden bedoeld. Laat harde noodzakelijkheid, koele berekening, nuchter overleg, gesteund en beheerscht door den almachtigen dollar, hebben geleid tot den skyscraper-bouw van New-York, met den eersten dier huizentorens nam New-York’s heldenzang een aanvang. Elke steen is een letter, iedere verdieping een regel in dat heldendicht. De bouwmeesters van het nieuwe New-York wenschten vóór alles praktisch te zijn. Ze werden poëtisch, zonder het te willen. Ze begonnen met elken artistieken regel te verwerpen, en in doelmatigheid alleen hun leidsvrouw te zien. En zij ontdekten, dat de kunst zich niet láát terzijde schuiven, de kunst, die hun handen bestuurde, al zagen zij haar eischen voorbij.

Voor den vreemdeling is er geen eentonigheid in het afwisselend panorama van hooge torens en glinsterende koepels, die zich trotsch ten hemel verheffen. Hij vraagt zich af: “Als dit de poorten zijn der stad, hoe mag dan wel de stad zijn, achter die poorten gelegen?” Mijn voet betrad amerikaanschen bodem,—en ik voelde dat ik gietijzer onder mij had. Daar stond ik dan nu, in het vreemde land. Een uur later zag ik uit mijn hôtelkamer neer op New-York City. Onmiddellijk gevoelt men het vloeiend, onduurzaam karakter van dit groote-stadsbeeld. Niets dat hier zijn eigenaardige kenmerken behoudt, op geslachten zijn onuitwischbaren stempel kan drukken. Een New-Yorksch geslacht duurt niet langer dan tien jaar. Voor den New-Yorker zijn tien volle jaren een menschenleeftijd. Onder elke phase van het stadsleven broeit en woelt de rustelooze [354]gespannen geest, die snel en onverzettelijk voorwaarts dringt. Aan géén ding is hier vergund, bestendig te zijn, en het is absoluut onwaar, te beweren dat New-York de climax van amerikaansche organizatie vertegenwoordigt. Die climax is nooit bereikt,—zal waarschijnlijk nimmer wòrden bereikt, want New-York is niet anders dan de tijdelijke uitbeeldingsvorm van den geest harer bewoners. Elke nieuwe stemming weerkaatst zich, wordt afgespiegeld in het uiterlijk voorkomen der stad. De meeste steden van New-York’s leeftijd zouden bij voorbeeld de kwestie van hun watertoevoer reeds lang geleden hebben beslist en afgedaan. New-York breekt haar straten op, om die vraag, (tijdelijk dan altoos), thàns op te lossen.

Dáárin schuilt dan ook, naar ’t mij voorkomt, de eigenlijke beteekenis van het woord “hustle”. Niet dat de New-Yorkers zóó ontzettend veel haastiger en driftiger zich náár en vàn hun werk spoeden dan de zakenlui van Londen, Berlijn, of zelfs Parijs.

Maar te New-York denken de commercieele voorgangers voortdurend nieuwe methoden uit om hun zaken te leiden; altijd zijn zij ontevreden met het bestaande; altijd zoekende naar middelen tot grondiger organizatie, tot de uiterste volmaking van het geringste onderdeel. Dat najagen van het vroeger onbereikbaar geachte, dat willen van den overtreffenden trap, leidt hen tot wat somtijds verkwisting op reusachtige schaal gelijkt. Biedt eenig gebouw geen ruimte genoeg, voldoet het niet aan de allerhoogste eischen, het wordt onverbiddelijk neergehaald en vervangen door een ander, nòg grooter, nòg moderner, nòg practischer dan zijn voorganger. Geen voorname straat in de stad, waarin niet hoog omheinde gapingen de plekken aanwijzen, waar weer nieuwe sky-scrapers worden opgericht, de een alwéér hooger dan de ander. Van achter die barrikaden barsten de slagen los van het dynamiet, en het geratel der klinkmachines, die de kolossale ijzeren zuilen en balken saamvoegen, welke het geraamte der wordende reuzen vormen. ’t Is de groeikramp van New-York, dat doffe knallen van het uiteenspringend gesteente en het onderaardsche gedreun van de schroefboor; ’t is het steunen van het barend Manhattan, dat iederen dag een Newer-York het aanzijn schenkt. Het is niet mogelijk New-York lief te hebben zooals men Londen liefhebben kan. Om Londen’s enge straten en pleintjes der binnenstad spint de bekoring van het oude, overgeleverde haar gulden waas; het onverwachte, geheimzinnige prikkelt en boeit den vreemdeling bij iederen stap. Mijlen aaneen in een rechte lijn voortwandelen is daar niet mogelijk. In New-York bestaat niet een enkele straat met een bocht erin. ’t Is een stad als een schaakbord, langs de lineaal getrokken. Broadway loopt diagonaal van den eenen naar den anderen hoek;—het Strand van New-York; maar een Strand dat zijn prestige langzaam ziet verminderen ten koste van dat van Fifth Avenue, Manhattan’s Regent-street. En ook hier trekken zich de rijke bewoners langzaam aan weer terug, om zich er enkel des Zondags meer te vertoonen, sedert de oprichting der groote department stores in de voorname buurt. In menig opzicht scheen ’t mij toch, dat New-York zich in londenschen geest poogde te vervormen. ’t Verbaasde mij toen ik het aantal New-Yorkers zag, dat in hoogen hoed en gekleede jas na den ochtend-dienst door Fifth Avenue drentelde, op een Zondagmorgen, niet anders dan de Londenaars doen in Rotten Row of Park Lane. Ik had gehoord dat die “deftige” dracht in Amerika niet voorkwam bijna. En toch stempelde ze ook hier den “gentleman”, n.b. mèt den wandelstok met gouden knop, die de onafscheidelijke metgezel is van den londenschen “man-about-town”, en dien de Amerikanen ook al mee hebben overgenomen. Zulk een plagiaat zouden de dames van New-York niet licht begaan. Dat achten zij beneden zich. Zij scheppen. In den regel zien zij er bleeker uit dan haar engelsche zusters; minder geanimeerd ook; ze spreken langzamer, haast ietwat afgemat. Haar kleederdracht wordt ontworpen, “built”, noemen ze dat, door amerikaansche artisten, die hun ideeën ontleenen aan de modes van Londen en Parijs, welke ze wijzigen naar believen, met het resultaat dat een amerikaansche zich kleedt, zooals nooit eene engelsche het zou doen. Maar ze streven allen naar één scherp-afgebakend ideaal. ’t Is alsof ze alleen in de keuze harer kleuren eenige vrijheid genieten.

Zelfs de winkeljuffrouwen zijn voorbeelden van goeden smaak en vernuftige samenstelling van effectvolle détails. Wie den stroom van vrouwelijke werksters zich van en naar haar bezigheden ziet spoeden, bemerkt hoe ze met wat inspanning erin weten te slagen, zich van haar acht à tien dollars per week te kleeden alsof ze arbeidden voor haar genoegen en niet uit noodzaak. Hoe ze het doen, weet ik niet; maar dàt ze ’t doen, is zeker. Ze maken wel wat te rijkelijk gebruik van poeder, en wèl zag ik onder de talrijke scharen die des morgens van Brooklyn kwamen oversteken in den “elevated” menig lief gezicht, dat in de vroege rimpeltjes om oogen en mond de sporen vertoonde van die aanhoudende inspanning om vóór alles den schijn op te houden. Mijn hoofdindruk bleef ten slotte deze, dat ik in de straten van New-York geen enkele slordige of slecht gekleede vrouw heb ontmoet, en dat is voor een stad een groot compliment.

Een ding trof en griefde mij als een teleurstelling in dit oord der practische doelmatigheid. En dat was, dat ik ’s morgens aan mijn slaapkamerdeur mijn schoenen niet keurig glimmend gepoetst vond gereedstaan. ’t Was letterlijk een slag, te hooren, dat ik de straat op moest, of den “stand” van ’t hotel had op te zoeken, om dat zaakje in orde te krijgen. Laat in den avond van den dag mijner aankomst werden mij op dit punt de oogen geopend, toen ik argeloos mijn schoeisel op den corridor wilde neerzetten, zooals ik dat in Engeland in elk hotel of boarding house zou doen. “Ik zou ze daar niet laten slingeren, als je ze hoopt terug te zien”, zei een welmeenend vriend. “Zóó zijn onze manieren niet, hier te lande”.

Mijn ergernis over die vreemde gewoonte verminderde er niet op, toen ik ’s morgens verplicht was mijn stoffige, onfrissche voetbekleeding weer aan te trekken zooals ze was afgelegd. In Engeland is de schoenpoetser een bijkomstigheid, een nederig, [355]onbeduidend individu, hurkend op een straathoek. Amerika heeft zijn bedrijf verheven tot de waardigheid eener nationale instelling. De zonderlinge soort van troonzetels op de hoeken der New-Yorksche straten, waarin mannen en vrouwen geschaard zitten, om op hun gemak de noodige bewerking van hun schoeisel te laten geschieden, bleven mij steeds een vreemd verschijnsel. De altijd haastende Amerikaan zoekt hier rust en gemak; de flaneerende Londenaar getroost zich tijdelijk een positie waarbij hij nauwelijks op de been kan blijven. Meerdere van die kleine afwijkingen en bijzonderheden in gewoonten en leefwijze troffen mij gedurende mijn verblijf. Geen kellner in hotel of restauratie zal ooit een gast naar zijn wenschen vragen, eer hij hem van een glas frisch koud water heeft voorzien. ’t Is volstrekt geen kwade gewoonte; maar ik kon niet nalaten mij af te vragen, of die dagelijksche waterverspilling op groote schaal misschien ook had kunnen vermeden worden. En waarom steken de standpijpen, waaraan de brandweer de slangen heeft te bevestigen, toch een halven voet boven ’t plaveisel uit, zoodat iedere voorbijganger er zijn schenen tegen stoot? Mij waren die alomtegenwoordige steenen des aanstoots een voortdurende ergernis. Een ander eigenaardig verschijnsel vond ik de kalmte, waarmee zoogenaamde “streng verboden” dingen werden gedaan, en “streng gèboden” maatregelen werden verzuimd of ontweken. Op den elevated railway,—dat barbaarsch bouwsel, dat mooie straten en pleinen als Greeley Square en Sixth Avenue bederft,—is het den passagiers “positively” verboden, naast den conducteur te staan op het platform; maar ze staan er tòch. Aan de achterdeuren van magazijnen en goederenbureaux prijkt de verzekering, dat hier na een bepaald uur van den dag “positively” geen goederen meer worden in ontvangst genomen; maar afgeleverd worden ze tòch. Op kantoren wordt de bezoeker afgescheept met de bewering, dat mijnheer “positively” niemand kan spreken op ’t moment;—ontvangen wordt hij ten slotte tòch. Ik hoorde zelf een conducteur van de electrische tram met nadruk verzekeren, dat er nu “positively” binnen in geen plaats meer was; maar bij de volgende halte werkte zich een ondernemend en vastberaden troepje handig door de versperde opening, en de conducteur liet ze begaan, met een vermoeiden blik, die zeide: “Hun zin krijgen ze tòch”. Dat voorbijzien van regel en orde verbaast ons in een stad als New-York; misschien is ’t een der uitingen van den geest van “hustle” die nu eenmaal den kortsten weg zoekt en vindt, en van geen beletsel op zijn pad notitie neemt.

Het “Woolworth Building.”

Het “Woolworth Building.”

Amerikanen zijn nooit tevreden met het verkregene. Wat zij “efficiency” noemen, is wedijver; en wedijver beteekent bij hen een roekeloos overvleugelen, een stelsel van “buigen of breken”, dat systematisch van al het bezielde en onbezielde méér vergt, dan het naar aanleg en vermogen leveren kàn. Ik heb trams zien passeeren met een vaart van 20 mijlen per uur, letterlijk behangen met trossen zwevende passagiers. Wie geen houvast had aan ’t voertuig zelf, klemde zich vertwijfeld aan de kleeren van zijn machteloozen buurman. Brooklyn Bridge, bestemd om 400.000 passagiers te vervoeren per dag, draagt er geregeld ruim een millioen. Evenzoo gaat het bij de elegante fijne Manhattan Bridge, die haar luchtig kantwerk spant van de Bowery naar Flatbush Avenue, Brooklyn. En zoo als Brooklyn Bridge de tot het uiterste gespannen draagkracht vertegenwoordigt, die te dulden weet, zoo zien we in het bekende Flatiron Building de hoop en het streven belichaamd, die de bezielende kracht vormen van Amerika. Als de boeg van een reuzenschip rijst het ontzaglijk gevaarte op den hoek van Broadway en Fifth Avenue omhoog, de elementen trotseerend.

Naar den top omhoogklimmend, beseft men ten volle de gerechtigdheid der bedenkingen en tegenwerpingen dier critici, die het oorspronkelijk plan onuitvoerbaar achtten; heeft men het hooggelegen doel bereikt, dan eerst gevoelt men de verrukking na der bouwmeesters, die dit wonder, alle bedenkingen ten spijt, hebben tot stand gebracht. Staande in den toren van het Woolworth Building, hoog in de wolken, van waar ge de stad en haar omstreken zich verweg ziet uitstrekken en verliezen in den wijden horizon, voelt ge het gevaarte zachtjes meedeinen op den wind, die tegen zijn vlakke zijden blaast. Neerziend op de kleine zwarte puntjes, die [356]zich daar beneden bewegen tusschen de spleten der huizen wanden, ervaart ge een vreemd en nieuw gevoel, alsof ge van de aarde zijt losgemaakt. Daar in de diepte lag Madison Square, het hart van New-York, als een opgezette doos met kinderspeelgoed. Overdag jaagt door dat hart de bruisende stroom van het rusteloos werkzaam leven; des avonds klopt het niet minder onstuimig in de bevrediging zijner matelooze hunkering naar genot.

En in de lange nachten zoeken hier de zwervers rust, die, als wrakhout in den stroom medegesleurd, geen vasten grond vonden voor hun voet, in den wervelenden maalstroom.

De Singer toren in den vroegen morgen.

De Singer toren in den vroegen morgen.

En hoe nu den echten New-Yorker te kenschetsen, den man, die deze wonderen schiep, en die nog steeds voortgaat, zijn scheppingen onmeedoogend te vernielen, om ze door grootschere te vervangen? Voor het eerst aarzel ik. Eerlijk gezegd, ik geloof niet, dat de typische New-Yorker de typische Amerikaan is. New-York is een wereld op zich zelf, en moet op zich zelf beschouwd worden, afgescheiden van het werelddeel, waarvan het de toegangspoort vormt. Wandel door Seventh Avenue den eersten besten werkdag tusschen twaalf en een; zoek Central Park op, op een mooien Zondag; of Broadway, zoo ge wilt, op welk uur ook van den dag of den avond, en geef uw ooren en oogen den kost. Wat hoort ge, terwijl ge u een weg baant door het dichte gedrang?

De Singer toren electrisch verlicht.

De Singer toren electrisch verlicht.

Jiddisch, Fransch, Italiaansch, Duitsch,—méér dan Engelsch. Wat ziet ge? Weinig amerikaansche gezichten; al die meerendeels jonge mannen en vrouwen, die u omringen, vertoonen het type van Midden-Europa. Dat zijn de burgers, die dag aan dag in nieuwe drommen komen aanstroomen om in den krioelenden mierenhoop hun aandeel te veroveren aan arbeid en belooning; die binnen een jaar nadat ze den eersten voet aan wal zetten, reeds New-Yorkers zijn geworden; zoodat de vloed, die daar door Broadway golft, en die alle bekende naties vertegenwoordigt, één saamgesmolten, gesloten geheel vormt, verscheiden in zijn elementen, één in zijn volheid en levenskracht. Merkwaardige dingen ziet men hier. Een bezoek aan een der groote lunchrooms op het drukke middaguur schijnt u op het eerste gezicht de belichaming van den chaos, het is dat niet. In zulk een restauratie wordt meer voedsel [357]verbruikt, in korteren tijd, dan op eenige plek ter wereld bij mogelijkheid kàn geschieden. En hier bestaan gelegenheden waar de klanten zichzelf bedienen en zelf de waarde van het door hen gebruikte opgeven. Iets dergelijks kan ik mij in Londen niet voorstellen. Daartoe zijn wij Engelschen nog niet opgevoed; en ik blijf dat altijd beschouwen als een der eervolste onderscheidingen van New-York. Het succes van die restauraties heeft het bewijs geleverd dat New-Yorks stoere werkers een fijn eergevoel bezitten.

Mijn blijvende, vastomgrensde indruk van de stad? Vraagt ge een man naar indrukken, die pas een [358]razenden storm op zee heeft doorstaan? New-York is de stad van het onverwachte, het grillige, het uiterst verbazingwekkende. Ik leerde een volk kennen, dat weelde tot noodzaak maakt, en gewoonten vormt uit toevallige omstandigheden. Een volk dat tabak pruimen onbehoorlijk vindt, maar “spittoons” plaatst in alle kantoren, banken en openbare gebouwen. Een volk dat spot met “evening dress”; maar zich daar zonder niet meer verkiest te vertoonen. Een krachtig, jeugdig, energiek volk, dat een stad bouwt naar zijn eigen welbehagen, en met de luimigheid, der jeugd eigen, nu en dan zijn eigen maaksel aan stukken smijt, om van voren af aan te beginnen. En wellicht vinden wij het raadsel van New-York’s wezen eerst opgelost bij een nadere beschouwing van den New-Yorker in zijn huiselijke omgeving en zijn vermaken.

New-York bij avond. Links Broadway; rechts Sixth Avenue.

New-York bij avond. Links Broadway; rechts Sixth Avenue.

Als ik een bewoner der Vereenigde Staten was, en hoopte op een vlugge manier mijn schaapjes op het droge te krijgen, dan zette ik een zaakje op in “pea nuts” en “cracker jack”. Zelf heb ik die delicatessen niet geproefd; maar ik heb ze zien consumeeren, bij de ton, durf ik wel zeggen, door amerikaansche burgers, voor wie het leven geen leven meer zou zijn, zonder dat onophoudelijk gekauw en geknabbel. Toen ik naar Amerika ging, had ik van peanuts en cracker jack zelfs nooit gehoord. Thans kan ik mij geen plaats van openbare vermakelijkheid meer voor den geest roepen, in New-York niet alleen; maar in heel Amerika, of de herinnering aan dat goedje dringt zich met geweld aan mij op. Wáár de New-Yorker ook gaat, die heerlijkheden gaan mee. In de parken, op de booten, op straat, in den trein, zijn duizenden paren kaken aan ’t knabbelen op den zoeten inhoud van doozen en zakken, die geledigd achterblijven, en als klein Duimpje’s broodbrokjes, het spoor aanwijzen van geheele families, op een van hun feestelijke uitstapjes dwars over ’t eiland Manhattan, van de Bronx naar Battery Park, of van Brooklyn naar Jersey.

Ik herinner mij een Zondagmiddag in Central Park, waarop ik gepoogd heb, het aantal personen te tellen, dat bezig was peanuts en cracker jack te kauwen. Joden, Duitschers, russische Polen, Zweden, Italianen, alle naties, waren hier vertegenwoordigd, en allen waren in dat ééne opzicht amerikaanscher dan de amerikanen zelf, ja dan de onvervalschte Yankee politie-agent, die in de brandende hitte, met zijn rug tegen een hek geleund, onverstoorbaar te—kauwen stond. Toen ik met mijn telling een goed eind op weg was naar de duizend, gaf ik het op; ik werd trouwens in de war gebracht door een kauwende negerfamilie, waarvan de zwarte paterfamilias mij zijn leege cracker jack-doos voor de voeten smeet. Central Park is voor den New-Yorker, wat Regent’s Park is voor den Londenaar. En toch is er een groot verschil tusschen die beide “speeltuinen” en hun respectieve “Zoo’s”. De londensche dierentuin is een particuliere onderneming, en het kijklustig londensch publiek betaalt er voor de pret. In New-York heeft het publiek vrijen toegang, zoowel tot de Zoo, als op het meer, waar de pleizierbootjes varen. Mij beviel die inrichting heel wat beter; maar jammer vond ik het, dat de menschen niet mochten wandelen of zitten op het gras, zooals dat overal in de londensche parken gewoonte is. ’t Was niet om aan te zien, dat gedrentel in de brandende zon van menschen met kinderen, terwijl alle banken natuurlijk steeds waren bezet. Van het groote geplaveide terras rondom de fontein was ’t een mooi gezicht op het meer met de vlugge bootjes, en daarachter het golvend terrein van het dicht belommerde park, waar de kale rots zich vertoont tusschen met gras begroeide hoogten, alsof er gaten waren gesleten in een wollig tapijt. Een echte long van New-York is dat Central-Park, met zijn frissche, opwekkende lucht, die het brein verheldert en nieuwe levenskracht schenkt.

Die New-Yorkers! Even fel en intens in hun pleizier als in hun werk, bij hun uitspanning als bij hun inspanning. ’t Kon hen niets schelen, wie er naar hen keek. Ze hingen over de zijden van de wit geschilderde motor-bootjes, en plasten in ’t water en gooiden elkaar kletsnat, ze aten hun lunch daar in ’t publiek en stoorden zich aan geen sterveling. De vlag die er fladderde aan den achtersteven van de boot en op het torentje aan de landingsplaats was de vrijheidsvlag, en vrij wàren ze, vrij om te doen wat hun beliefde. Dàt antwoord, schoon onuitgesproken, leest hier de verwonderd vragende blik van den vreemdeling in het oog van elken burger, iedere burgeres.

Ik woonde er ook een baseball-match bij. Dat ik de finesses van ’t spel begreep, kan ik niet zeggen; ’t leek mij een veredelde vorm van een onschuldig spelletje, dat wij op school “rounders” noemden. Maar de dichte menschenmassa’s die zich verdringen voor de bulletins aan de kantoren der nieuwsbladen, bewezen ’t mij wel, als ik het nog niet wist, dat het den Amerikanen ook met dit spel ernst is, zooals met al wat ze doen.

Meer nog dan dat verschil tusschen amerikaansche en engelsche sport trof mij ’t opvallend onderscheid tusschen het “home” van den Amerikaan en dat van den gemiddelden Engelschman. New-York is geen stad van “homes”. ’t Is een stad van flats en “roomers”. ’t Duurde lang, eer ik een equivalent had ontdekt van wat wij onder een gezellig interieur verstaan, en dat was ten slotte nòg het ware niet. De echte genoeglijke behagelijkheid schuilt op plekjes den kant van Jersey uit, of aan de Hudson, of verstopt zich in afgelegen hoekjes aan den buitenkant van Brooklyn. Talrijk zijn die plekjes niet, in elk geval. De New-Yorker heeft er geen tijd voor, zich op zijn gemak in te richten. De jonge man, die er is aangekomen uit “the old country” met zijn solide kist of koffer, die voor hem den grondslag van alle bezit vertegenwoordigt, verkoopt dat aartsvaderlijke ding al gauw, en schaft zich een reistasch aan. Hij weet het al; men vestigt zich hier niet, men glijdt mee met den stroom. Zelfs de rijke lieden koopen hier geen huizen; ze huren ze alleen. Toen Roosevelt van zijn reis door Z. Amerika terugkwam, beweerde hij een paar dagen rust te willen nemen “om zijn familie te leeren kennen” eer hij weer aan ’t werk ging. Niemand vond daar iets bijzonders in. Aanhoudend in beweging zijn is de normale toestand van den Amerikaan. Waar hij [359]zich voldoende veilig en op zijn gemak heeft geacht, om een permanent verblijf in te richten, levert ook dat verblijf voor den Engelschman steeds nieuwe verrassingen op. De centrale verwarming biedt ontegenzeggelijk voordeelen, die ons gloeiend haardvuur mist, meubelen zijn hier vóór alles practisch en bruikbaar; met ruimte wordt gewoekerd. ’t Algemeen verspreide gebruik van de ijskast levert in den zomer een onwaardeerbaar gemak. Dat is anders dan in Londen, waar we ’t ijs in brokjes halen bij den vischwinkel om den hoek.

Een groot verschil ook, de zuivere, koude flesschen melk van New-York bij het bestoven karretje met de bengelende bussen van den londenschen melkventer. Wat het eigenlijk huiselijk leven, het dagelijksch verkeer met zijn gezin betreft, hierin schiet de doorsnee-Amerikaan ontzaglijk veel te kort. Hij vliegt van huis ’s morgens vroeg, slooft den lieven langen dag zonder zich den tijd te gunnen behoorlijk te eten bijna, en komt ’s avonds doodmoe terug. De onuitgesproken overeenkomst bij ’t sluiten van een huwelijk schijnt wel deze: de man verdient het geld; de vrouw geeft het uit. Heel veel komt het voor, dat de schoonmoeder bij de jonggehuwden haar intrek neemt. Ik heb nooit gehoord van vaders, die bij hun zoons of schoonzoons kwamen inwonen.

Men moet wel haast aannemen dat alle vaders vroeg bezwijken in hun felle jacht naar fortuin. Maar dat geregeld samenwonen van schoonmama’s met haar kinderen bewijst althans dat de hartelijkheid tusschen ouders en kroost zooveel niet te wenschen overlaat.

Schoenpoetser aan het werk.

Schoenpoetser aan het werk.

’t Is waar dat amerikaansche kinderen verbazend vroegrijp zijn en blijk geven van merkwaardig zelfvertrouwen. Ik heb hooren beweren dat de jeugd van het moderne Amerika zelfzuchtig is en buitensporig in haar eischen. ’t Is de algemeene, haast afgezaagde klacht van ieder ouderpaar. Als ze waarheid bevat, dan is dat het rechtstreeksch gevolg van de omstandigheid, dat amerikaansche ouders zelden in hun kinderen een toekomstigen steun zien, of er op rekenen, dat ze althans zullen meeverdienen. Ik leerde zulke vaders kennen, die zich volkomen gelukkig en tevreden achtten in hun inspannend kantoor- en zakenleven, en het denkbeeld niet zouden kunnen verdragen, dat hun dochters zich ook maar haar zakgeld zouden verschaffen door eigen arbeid, of dat hun zoons iets van hun verdienste zouden afstaan ten bate van ’t gezin. Een goed of afkeurend oordeel in dezen veroorloof ik mij niet. ’t Is waar, dat amerikaansche kinderen oneindig meer vrijheid genieten dan de jeugd in Engeland. Hun genegenheid voor hun ouders lijdt er in elk geval niet onder; eer het tegendeel. Ze hebben dan ook waarlijk véél aan die hardwerkende “dads” te danken. Als men wil weten hoe de New-Yorksche beursmannen zich te weer stellen, moet men maar eens naar Broad-street gaan, om de daar werkzame “Kerb brokers” bezig te zien. Dat schouwspel vergeet een vreemdeling nooit. Hun manier van zaken doen vertegenwoordigt wel het toppunt van de tot het uiterste gespannen energie en de algeheele overgave, waarmede de New-Yorker zich wijdt aan het geldverdienen. Dat juist zij niet tot de rijkste en allermeest geziene effectenmakelaars behooren, doet er zooveel niet toe; hun methode is éénig in elk geval. Hun pantomimische doofstommen-conversatie met klerken en lastgevers op de verschillende hooger gelegen verdiepingen is van een ongelooflijke vlugheid en vaardigheid, die u letterlijk verstomd doet staan. Ik hoorde, dat ze daar in die smalle straat staan van ’s morgens tien tot ’s middags drie, onophoudelijk aan ’t koopen en verkoopen, dikwijls zonder een potlood op ’t papier te brengen, of hun naam te teekenen ter bevestiging van het gegeven woord.

Op drukke dagen heerscht hier een onbeschrijflijke opwinding, en ’t lawaai dat die schreeuwende menigte maakt bij ’t wilde handgezwaai en gewuif van hun seinen aan de telefoneerende klerken is letterlijk verbijsterend. “Drie kwart van onze zaken die hier worden afgehandeld”, zeide mij een der deelnemers aan dezen wedstrijd in money-making, “gaat bij mondelinge overeenkomst. Dat noemen we ‘gentleman’s contract’. Als zoo’n curb-broker (trottoir-makelaar) zegt dat hij koopt, dan koopt hij, al gaat de koers naar beneden. Hij zou er niet aan denken, terug te krabbelen, al heeft hij geen letter zwart op wit gezet”. Dat vond ik weer een mooi en opmerkelijk verschijnsel in New-York. Men kan niet nalaten lieden te bewonderen met een zoo sterk ontwikkeld eer- en rechtsgevoel. Een makelaar, dien men mij bij name heeft genoemd, zag zich ten gevolge zulk eener mondelinge overeenkomst aan den rand van den financieelen ondergang. Hij hield zijn woord; vertelde aan zijn vrouw wat hun stond te wachten, verkocht zijn automobiel den volgenden dag, nam een hypotheek op zijn huis en ontzegde zich voorloopig alle genoegens der weelde, waaraan hij gewend was. Daarna keerde hij naar Broad-street terug, en begon den strijd opnieuw. In zes maanden had hij [360]zich er weer boven opgewerkt. En die smalle Broad-street is niet eens bij vele New-Yorkers bekend. ’t Is een soort van romantische oase in een stad, waar het romantische over ’t algemeen ver is te zoeken, in elk geval een avontuurlijke plek; waar in den kortst mogelijken tijd zich drama’s afspelen met ver reikende gevolgen. Ik denk maar ’t liefst aan dat plekje, waar een soort ridderlijke eerlijkheid en betrouwbaarheid wordt in acht genomen, wanneer ik weer eens lees hoe het amerikaansche publiek in een paar jaar tijds een honderd millioen dollars is kwijtgeraakt aan gewetenlooze speculanten, met hun “get-rich-quick” methoden.

Eigenaardig is het, op te merken, hoe de Amerikaan, die zijn vrouw en dochters pleegt te verafgoden en haar zoekt te besparen wat maar de geringste zorg of moeite zou kunnen veroorzaken, over ’t geheel aan vrouwen een mate van vrijheid van beweging vergunt, die haar in staat stelt tot een veel ruimer ontplooiing van haar individueele vermogens, dan in Engeland zou gedoogd worden. Het is bijvoorbeeld volstrekt geen zeldzaamheid in de straten van New-York keurige kleine auto’s te zien rijden, die door de eigenaressen zelf worden bestuurd. In Engeland werd, althans vóór den oorlog, de vrouwelijke chauffeur nog met den vinger nagewezen. Ik denk dat de gemiddelde amerikaansche echtgenoot en vader in sommige opzichten wat òver-voorzichtig, en in andere om de waarheid te zeggen, wat àl te toegevend is. Ik weet wel dat ik menigmaal de zekerheid en handigheid van die vrouwen ten zeerste heb bewonderd, als ik ze zoo kalm en beheerscht aan het stuurwiel zag zitten, midden in de drukte van Fifth Avenue op het wandel- en winkel-uur. Hier kan men de élite van New-York vergaderd zien; want Fifth Avenue is nog steeds het domein van de New-Yorksche upper-ten; en al is ook hier de handel in sommige zijner vormen doorgedrongen, de straat blijft de breede, imposante verkeersweg, met hooge deftige huizenrijen, en de kleine winkels die wat levendigheid brengen en de gezelligheid verhoogen, hebben iets eigenaardig “aparts” en een zekere waardigheid, die men mist bij de reuzenmagazijnen en stores van Broadway. Langs het trottoir staan rijen prachtige lantarens, die des avonds een zacht en toch helder licht verspreiden; anders dan de schelle verlichting der winkelstraten. Van Madison Square tot Central park scharen ze zich aaneen, een onafgebroken rij van stomme wachters, alles ziend, en—zwijgend. Beroof Fifth Avenue van die lampenrij en de straat telt een bekoring minder.

Een straat-tooneel in cosmopolitisch New-York.

Een straat-tooneel in cosmopolitisch New-York.

Nog onder den indruk van Fifth Avenue’s intieme, en volstrekt niet kille of terugstootende voornaamheid, begaf ik mij op zekeren dag naar het beroemde Coney Island, in de hoop er mijn blik te kunnen laten weiden over een behoorlijk aantal van de tien millioen bezoekers, die jaarlijks zich aldaar heeten te komen vermaken. Ik moet eerlijk bekennen, ik voelde mij teleurgesteld. Coney Island is al te zeer geprezen, al te uitbundig geadverteerd. Als uitspanningsterrein is het niet, wat de vreemdeling met recht had mogen verwachten. ’t Is een soort voorstad van Brooklyn en de fatsoenlijke Brooklyner haalt er de schouders voor op. New-Yorkers gaan er des zomers heen uit gewoonte, en op Zondagen zoeken er de winkelbedienden met hun dames hun heil. Maar die komen er niet om de zee. Die gaan naar Coney Island omdat er een reuzenkermis wordt gevierd. Ik verbeeld mij, dat Coney Island zijn beste dagen achter zich heeft. Zijn klatergoud en bonte verf begint af te schilferen en de vervelooze vuile plekken, die zij overlaten, zullen ieder in het oog vallen, die aan een verfijnder en smaakvoller omgeving gewend is en de voorkeur geeft.

Ornament.

Colofon

Beschikbaarheid

Dit eBoek is voor kosteloos gebruik door iedereen overal, met vrijwel geen beperkingen van welke soort dan ook. U mag het kopiëren, weggeven of hergebruiken onder de voorwaarden van de Project Gutenberg Licentie bij dit eBoek of on-line op www.gutenberg.org.

Dit eBoek is geproduceerd door Jeroen Hellingman en het on-line gedistribueerd correctie team op www.pgdp.net.

This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and with almost no restrictions whatsoever. You may copy it, give it away or re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included with this eBook or online at www.gutenberg.org.

This eBook is produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed Proofreading Team at www.pgdp.net.

Codering

Dit bestand is in een verouderde spelling. Er is geen poging gedaan de tekst te moderniseren. Afgebroken woorden aan het einde van de regel zijn stilzwijgend hersteld. Kennelijke zetfouten in het origineel zijn gecorrigeerd. Dergelijke correcties zijn gemarkeerd met het corr-element.

Hoewel in het origineel laag liggende aanhalingstekens openen gebruikt, zijn deze in dit bestand gecodeerd met “. Geneste dubbele aanhalingstekens zijn stilzwijgend veranderd in enkele aanhalingstekens.

Documentgeschiedenis

Verbeteringen

De volgende verbeteringen zijn aangebracht in de tekst:

Plaats Bron Verbetering
Bladzijde 358 evenig evening





End of the Project Gutenberg EBook of Eens Engelschman's eerste indrukken
van New-York, by Stuart Martin

*** END OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK EERSTE INDRUKKEN VAN NEW-YORK ***

***** This file should be named 21974-h.htm or 21974-h.zip *****
This and all associated files of various formats will be found in:
        http://www.gutenberg.org/2/1/9/7/21974/

Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
Proofreading Team at http://www.pgdp.net/


Updated editions will replace the previous one--the old editions
will be renamed.

Creating the works from public domain print editions means that no
one owns a United States copyright in these works, so the Foundation
(and you!) can copy and distribute it in the United States without
permission and without paying copyright royalties.  Special rules,
set forth in the General Terms of Use part of this license, apply to
copying and distributing Project Gutenberg-tm electronic works to
protect the PROJECT GUTENBERG-tm concept and trademark.  Project
Gutenberg is a registered trademark, and may not be used if you
charge for the eBooks, unless you receive specific permission.  If you
do not charge anything for copies of this eBook, complying with the
rules is very easy.  You may use this eBook for nearly any purpose
such as creation of derivative works, reports, performances and
research.  They may be modified and printed and given away--you may do
practically ANYTHING with public domain eBooks.  Redistribution is
subject to the trademark license, especially commercial
redistribution.



*** START: FULL LICENSE ***

THE FULL PROJECT GUTENBERG LICENSE
PLEASE READ THIS BEFORE YOU DISTRIBUTE OR USE THIS WORK

To protect the Project Gutenberg-tm mission of promoting the free
distribution of electronic works, by using or distributing this work
(or any other work associated in any way with the phrase "Project
Gutenberg"), you agree to comply with all the terms of the Full Project
Gutenberg-tm License (available with this file or online at
http://gutenberg.org/license).


Section 1.  General Terms of Use and Redistributing Project Gutenberg-tm
electronic works

1.A.  By reading or using any part of this Project Gutenberg-tm
electronic work, you indicate that you have read, understand, agree to
and accept all the terms of this license and intellectual property
(trademark/copyright) agreement.  If you do not agree to abide by all
the terms of this agreement, you must cease using and return or destroy
all copies of Project Gutenberg-tm electronic works in your possession.
If you paid a fee for obtaining a copy of or access to a Project
Gutenberg-tm electronic work and you do not agree to be bound by the
terms of this agreement, you may obtain a refund from the person or
entity to whom you paid the fee as set forth in paragraph 1.E.8.

1.B.  "Project Gutenberg" is a registered trademark.  It may only be
used on or associated in any way with an electronic work by people who
agree to be bound by the terms of this agreement.  There are a few
things that you can do with most Project Gutenberg-tm electronic works
even without complying with the full terms of this agreement.  See
paragraph 1.C below.  There are a lot of things you can do with Project
Gutenberg-tm electronic works if you follow the terms of this agreement
and help preserve free future access to Project Gutenberg-tm electronic
works.  See paragraph 1.E below.

1.C.  The Project Gutenberg Literary Archive Foundation ("the Foundation"
or PGLAF), owns a compilation copyright in the collection of Project
Gutenberg-tm electronic works.  Nearly all the individual works in the
collection are in the public domain in the United States.  If an
individual work is in the public domain in the United States and you are
located in the United States, we do not claim a right to prevent you from
copying, distributing, performing, displaying or creating derivative
works based on the work as long as all references to Project Gutenberg
are removed.  Of course, we hope that you will support the Project
Gutenberg-tm mission of promoting free access to electronic works by
freely sharing Project Gutenberg-tm works in compliance with the terms of
this agreement for keeping the Project Gutenberg-tm name associated with
the work.  You can easily comply with the terms of this agreement by
keeping this work in the same format with its attached full Project
Gutenberg-tm License when you share it without charge with others.

1.D.  The copyright laws of the place where you are located also govern
what you can do with this work.  Copyright laws in most countries are in
a constant state of change.  If you are outside the United States, check
the laws of your country in addition to the terms of this agreement
before downloading, copying, displaying, performing, distributing or
creating derivative works based on this work or any other Project
Gutenberg-tm work.  The Foundation makes no representations concerning
the copyright status of any work in any country outside the United
States.

1.E.  Unless you have removed all references to Project Gutenberg:

1.E.1.  The following sentence, with active links to, or other immediate
access to, the full Project Gutenberg-tm License must appear prominently
whenever any copy of a Project Gutenberg-tm work (any work on which the
phrase "Project Gutenberg" appears, or with which the phrase "Project
Gutenberg" is associated) is accessed, displayed, performed, viewed,
copied or distributed:

This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and with
almost no restrictions whatsoever.  You may copy it, give it away or
re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included
with this eBook or online at www.gutenberg.org

1.E.2.  If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is derived
from the public domain (does not contain a notice indicating that it is
posted with permission of the copyright holder), the work can be copied
and distributed to anyone in the United States without paying any fees
or charges.  If you are redistributing or providing access to a work
with the phrase "Project Gutenberg" associated with or appearing on the
work, you must comply either with the requirements of paragraphs 1.E.1
through 1.E.7 or obtain permission for the use of the work and the
Project Gutenberg-tm trademark as set forth in paragraphs 1.E.8 or
1.E.9.

1.E.3.  If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is posted
with the permission of the copyright holder, your use and distribution
must comply with both paragraphs 1.E.1 through 1.E.7 and any additional
terms imposed by the copyright holder.  Additional terms will be linked
to the Project Gutenberg-tm License for all works posted with the
permission of the copyright holder found at the beginning of this work.

1.E.4.  Do not unlink or detach or remove the full Project Gutenberg-tm
License terms from this work, or any files containing a part of this
work or any other work associated with Project Gutenberg-tm.

1.E.5.  Do not copy, display, perform, distribute or redistribute this
electronic work, or any part of this electronic work, without
prominently displaying the sentence set forth in paragraph 1.E.1 with
active links or immediate access to the full terms of the Project
Gutenberg-tm License.

1.E.6.  You may convert to and distribute this work in any binary,
compressed, marked up, nonproprietary or proprietary form, including any
word processing or hypertext form.  However, if you provide access to or
distribute copies of a Project Gutenberg-tm work in a format other than
"Plain Vanilla ASCII" or other format used in the official version
posted on the official Project Gutenberg-tm web site (www.gutenberg.org),
you must, at no additional cost, fee or expense to the user, provide a
copy, a means of exporting a copy, or a means of obtaining a copy upon
request, of the work in its original "Plain Vanilla ASCII" or other
form.  Any alternate format must include the full Project Gutenberg-tm
License as specified in paragraph 1.E.1.

1.E.7.  Do not charge a fee for access to, viewing, displaying,
performing, copying or distributing any Project Gutenberg-tm works
unless you comply with paragraph 1.E.8 or 1.E.9.

1.E.8.  You may charge a reasonable fee for copies of or providing
access to or distributing Project Gutenberg-tm electronic works provided
that

- You pay a royalty fee of 20% of the gross profits you derive from
     the use of Project Gutenberg-tm works calculated using the method
     you already use to calculate your applicable taxes.  The fee is
     owed to the owner of the Project Gutenberg-tm trademark, but he
     has agreed to donate royalties under this paragraph to the
     Project Gutenberg Literary Archive Foundation.  Royalty payments
     must be paid within 60 days following each date on which you
     prepare (or are legally required to prepare) your periodic tax
     returns.  Royalty payments should be clearly marked as such and
     sent to the Project Gutenberg Literary Archive Foundation at the
     address specified in Section 4, "Information about donations to
     the Project Gutenberg Literary Archive Foundation."

- You provide a full refund of any money paid by a user who notifies
     you in writing (or by e-mail) within 30 days of receipt that s/he
     does not agree to the terms of the full Project Gutenberg-tm
     License.  You must require such a user to return or
     destroy all copies of the works possessed in a physical medium
     and discontinue all use of and all access to other copies of
     Project Gutenberg-tm works.

- You provide, in accordance with paragraph 1.F.3, a full refund of any
     money paid for a work or a replacement copy, if a defect in the
     electronic work is discovered and reported to you within 90 days
     of receipt of the work.

- You comply with all other terms of this agreement for free
     distribution of Project Gutenberg-tm works.

1.E.9.  If you wish to charge a fee or distribute a Project Gutenberg-tm
electronic work or group of works on different terms than are set
forth in this agreement, you must obtain permission in writing from
both the Project Gutenberg Literary Archive Foundation and Michael
Hart, the owner of the Project Gutenberg-tm trademark.  Contact the
Foundation as set forth in Section 3 below.

1.F.

1.F.1.  Project Gutenberg volunteers and employees expend considerable
effort to identify, do copyright research on, transcribe and proofread
public domain works in creating the Project Gutenberg-tm
collection.  Despite these efforts, Project Gutenberg-tm electronic
works, and the medium on which they may be stored, may contain
"Defects," such as, but not limited to, incomplete, inaccurate or
corrupt data, transcription errors, a copyright or other intellectual
property infringement, a defective or damaged disk or other medium, a
computer virus, or computer codes that damage or cannot be read by
your equipment.

1.F.2.  LIMITED WARRANTY, DISCLAIMER OF DAMAGES - Except for the "Right
of Replacement or Refund" described in paragraph 1.F.3, the Project
Gutenberg Literary Archive Foundation, the owner of the Project
Gutenberg-tm trademark, and any other party distributing a Project
Gutenberg-tm electronic work under this agreement, disclaim all
liability to you for damages, costs and expenses, including legal
fees.  YOU AGREE THAT YOU HAVE NO REMEDIES FOR NEGLIGENCE, STRICT
LIABILITY, BREACH OF WARRANTY OR BREACH OF CONTRACT EXCEPT THOSE
PROVIDED IN PARAGRAPH F3.  YOU AGREE THAT THE FOUNDATION, THE
TRADEMARK OWNER, AND ANY DISTRIBUTOR UNDER THIS AGREEMENT WILL NOT BE
LIABLE TO YOU FOR ACTUAL, DIRECT, INDIRECT, CONSEQUENTIAL, PUNITIVE OR
INCIDENTAL DAMAGES EVEN IF YOU GIVE NOTICE OF THE POSSIBILITY OF SUCH
DAMAGE.

1.F.3.  LIMITED RIGHT OF REPLACEMENT OR REFUND - If you discover a
defect in this electronic work within 90 days of receiving it, you can
receive a refund of the money (if any) you paid for it by sending a
written explanation to the person you received the work from.  If you
received the work on a physical medium, you must return the medium with
your written explanation.  The person or entity that provided you with
the defective work may elect to provide a replacement copy in lieu of a
refund.  If you received the work electronically, the person or entity
providing it to you may choose to give you a second opportunity to
receive the work electronically in lieu of a refund.  If the second copy
is also defective, you may demand a refund in writing without further
opportunities to fix the problem.

1.F.4.  Except for the limited right of replacement or refund set forth
in paragraph 1.F.3, this work is provided to you 'AS-IS' WITH NO OTHER
WARRANTIES OF ANY KIND, EXPRESS OR IMPLIED, INCLUDING BUT NOT LIMITED TO
WARRANTIES OF MERCHANTIBILITY OR FITNESS FOR ANY PURPOSE.

1.F.5.  Some states do not allow disclaimers of certain implied
warranties or the exclusion or limitation of certain types of damages.
If any disclaimer or limitation set forth in this agreement violates the
law of the state applicable to this agreement, the agreement shall be
interpreted to make the maximum disclaimer or limitation permitted by
the applicable state law.  The invalidity or unenforceability of any
provision of this agreement shall not void the remaining provisions.

1.F.6.  INDEMNITY - You agree to indemnify and hold the Foundation, the
trademark owner, any agent or employee of the Foundation, anyone
providing copies of Project Gutenberg-tm electronic works in accordance
with this agreement, and any volunteers associated with the production,
promotion and distribution of Project Gutenberg-tm electronic works,
harmless from all liability, costs and expenses, including legal fees,
that arise directly or indirectly from any of the following which you do
or cause to occur: (a) distribution of this or any Project Gutenberg-tm
work, (b) alteration, modification, or additions or deletions to any
Project Gutenberg-tm work, and (c) any Defect you cause.


Section  2.  Information about the Mission of Project Gutenberg-tm

Project Gutenberg-tm is synonymous with the free distribution of
electronic works in formats readable by the widest variety of computers
including obsolete, old, middle-aged and new computers.  It exists
because of the efforts of hundreds of volunteers and donations from
people in all walks of life.

Volunteers and financial support to provide volunteers with the
assistance they need, is critical to reaching Project Gutenberg-tm's
goals and ensuring that the Project Gutenberg-tm collection will
remain freely available for generations to come.  In 2001, the Project
Gutenberg Literary Archive Foundation was created to provide a secure
and permanent future for Project Gutenberg-tm and future generations.
To learn more about the Project Gutenberg Literary Archive Foundation
and how your efforts and donations can help, see Sections 3 and 4
and the Foundation web page at http://www.pglaf.org.


Section 3.  Information about the Project Gutenberg Literary Archive
Foundation

The Project Gutenberg Literary Archive Foundation is a non profit
501(c)(3) educational corporation organized under the laws of the
state of Mississippi and granted tax exempt status by the Internal
Revenue Service.  The Foundation's EIN or federal tax identification
number is 64-6221541.  Its 501(c)(3) letter is posted at
http://pglaf.org/fundraising.  Contributions to the Project Gutenberg
Literary Archive Foundation are tax deductible to the full extent
permitted by U.S. federal laws and your state's laws.

The Foundation's principal office is located at 4557 Melan Dr. S.
Fairbanks, AK, 99712., but its volunteers and employees are scattered
throughout numerous locations.  Its business office is located at
809 North 1500 West, Salt Lake City, UT 84116, (801) 596-1887, email
business@pglaf.org.  Email contact links and up to date contact
information can be found at the Foundation's web site and official
page at http://pglaf.org

For additional contact information:
     Dr. Gregory B. Newby
     Chief Executive and Director
     gbnewby@pglaf.org


Section 4.  Information about Donations to the Project Gutenberg
Literary Archive Foundation

Project Gutenberg-tm depends upon and cannot survive without wide
spread public support and donations to carry out its mission of
increasing the number of public domain and licensed works that can be
freely distributed in machine readable form accessible by the widest
array of equipment including outdated equipment.  Many small donations
($1 to $5,000) are particularly important to maintaining tax exempt
status with the IRS.

The Foundation is committed to complying with the laws regulating
charities and charitable donations in all 50 states of the United
States.  Compliance requirements are not uniform and it takes a
considerable effort, much paperwork and many fees to meet and keep up
with these requirements.  We do not solicit donations in locations
where we have not received written confirmation of compliance.  To
SEND DONATIONS or determine the status of compliance for any
particular state visit http://pglaf.org

While we cannot and do not solicit contributions from states where we
have not met the solicitation requirements, we know of no prohibition
against accepting unsolicited donations from donors in such states who
approach us with offers to donate.

International donations are gratefully accepted, but we cannot make
any statements concerning tax treatment of donations received from
outside the United States.  U.S. laws alone swamp our small staff.

Please check the Project Gutenberg Web pages for current donation
methods and addresses.  Donations are accepted in a number of other
ways including checks, online payments and credit card donations.
To donate, please visit: http://pglaf.org/donate


Section 5.  General Information About Project Gutenberg-tm electronic
works.

Professor Michael S. Hart is the originator of the Project Gutenberg-tm
concept of a library of electronic works that could be freely shared
with anyone.  For thirty years, he produced and distributed Project
Gutenberg-tm eBooks with only a loose network of volunteer support.


Project Gutenberg-tm eBooks are often created from several printed
editions, all of which are confirmed as Public Domain in the U.S.
unless a copyright notice is included.  Thus, we do not necessarily
keep eBooks in compliance with any particular paper edition.


Most people start at our Web site which has the main PG search facility:

     http://www.gutenberg.org

This Web site includes information about Project Gutenberg-tm,
including how to make donations to the Project Gutenberg Literary
Archive Foundation, how to help produce our new eBooks, and how to
subscribe to our email newsletter to hear about new eBooks.